Citroen C4: Lichtschakelaar
Met de lichtschakelaar kunt u de verlichting van de auto selecteren en inschakelen.
Hoofdverlichting
De lichtschakelaar heeft verschillende standen om de zichtbaarheid van de auto en het zicht van de bestuurder aan te passen aan de omgeving:
- parkeerlicht: om gezien te worden,
- dimlicht: voor een optimaal zicht zonder medeweggebruikers te verblinden,
- grootlicht: voor een optimaal zicht op wegen waar het omgevingslicht onvoldoende is.
Onder bepaalde weersomstandigheden (lage temperatuur, vochtigheid) kan zich een laagje condens aan de binnenzijde van de koplampen en de achterlichten vormen; dit verdwijnt enkele minuten na het ontsteken van de koplampen. |
Aanvullende verlichting
Uw auto is voorzien van aanvullende verlichting voor specifieke rijomstandigheden:
- mistachterlichten,
- mistlampen vóór met statische bochtverlichting,
- meedraaiende koplampen voor een optimaal zicht in bochten,
- dagrijverlichting: voor een betere zichtbaarheid van uw auto overdag,
- follow me home- / instapverlichting voor een beter zicht bij het in- en uitstappen,
- parkeerlichten om de zijkant van de auto te markeren als u in het donker parkeert.
Instellingen
U kunt bepaalde functies afzonderlijk instellen:
- automatische verlichting,
- follow me home-verlichting,
- instapverlichting,
- bochtverlichting.
Reizen naar het buitenland Halogeen- en
xenonlampen Wanneer u uw auto gaat gebruiken in een land waarin
het verkeer aan de andere kant van de weg rijdt, moet de
afstelling van de dimlichten worden gewijzigd om te voorkomen dat
tegemoetkomend verkeer wordt verblind.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats. |
Handbediende functies
Uitvoering zonder automatische inschakeling
Uitvoering met automatische inschakeling
De lichtschakelaar bestaat uit de ring A en de hendel B.
A. Ring voor de selectie van de stand van de hoofdverlichting: draai aan de ring om het symbool van de gewenste stand tegenover het merkteken te zetten.
Lichten uit (afgezet contact) / Dagrijverlichting (draaiende motor).
Automatische verlichting.
Parkeerlicht.
Dimlicht of grootlicht.
B. Trek de hendel naar u toe om over te schakelen van dim- naar grootlicht en terug.
Als de verlichting is uitgeschakeld of wanneer alleen de parkeerlichten zijn ingeschakeld, kunt u een lichtsignaal geven door de hendel naar u toe te trekken.
Verklikkerlampjes
Een verklikkerlampje op het instrumentenpaneel geeft aan dat de geselecteerde verlichting is ingeschakeld.
Uitvoering met alleen mistachterlichten
Uitvoering met mistlampen vóór en mistachterlichten
C. Ring voor de selectie van de mistverlichting.
De mistverlichting werkt in combinatie met dimlicht en grootlicht.
mistachterlicht
De mistachterlichten werken alleen in combinatie met ingeschakeld dimlicht of grootlicht.
- Draai de ring C naar voren om de mistachterlichten in te schakelen.
- Draai de ring C naar achteren om de mistachterlichten uit te schakelen.
Als de verlichting automatisch wordt ingeschakeld (uitvoeringen met de stand AUTO), blijven het dimlicht en de parkeerlichten branden zolang de mistachterlichten branden.
Mistlampen vóór en mistachterlichten Verdraai ring C:
- één stand naar voren om de mistlampen vóór in te schakelen,
- twee standen naar voren om de mistachterlichten in te schakelen,
- één stand naar achteren om de mistachterlichten uit te schakelen,
- twee standen naar achteren om de mistlampen vóór uit te schakelen.
Als de verlichting automatisch wordt uitgeschakeld (uitvoeringen met automatische verlichting) of als het dimlicht handmatig wordt uitgeschakeld, blijven de mistverlichting en de parkeerlichten branden.
- Draai de ring naar achteren om de mistverlichting uit te
schakelen.
De parkeerlichten worden dan ook uitgeschakeld.
Bij helder of regenachtig weer, zowel overdag als 's nachts,
zijn de mistlampen vóór en de mistachterlichten verblindend voor
medeweggebruikers en daarom niet toegestaan.
U moet zelf inschatten wanneer u de mistlampen moet inschakelen, omdat mogelijk de lichtsterktesensor van de automatische verlichting ondanks eventueel aanwezige mist toch voldoende licht kan constateren. Vergeet niet de mistlampen uit te zetten zodra ze niet meer nodig zijn. |
Uitschakelen van de verlichting bij afzetten van het contact Als u het contact afzet, worden alle lichten automatisch uitgeschakeld, behalve als de automatische "follow me home"-verlichting is geactiveerd. |
Aanzetten van de verlichting na afzetten van het
contact Om de verlichting weer aan te zetten, draait u de
ring A in de stand "0"- lichten gedoofd, en kiest u vervolgens de
door u gewenste stand.
Als het bestuurdersportier wordt geopend, klinkt er een geluidssignaal om aan te geven dat de verlichting nog brandt. De verlichting gaat vanzelf na enige tijd uit; hoe lang dit duurt is afhankelijk van de laadtoestand van de accu (overgang naar eco-modus). |
Handbediende follow me home-verlichting
Deze functie zorgt ervoor dat na het afzetten van het contact de dimlichten nog even blijven branden om het uitstappen in het donker te vergemakkelijken.
Inschakelen
- Geef bij afgezet contact een "lichtsignaal" met de lichtschakelaar.
- Geef nogmaals een "lichtsignaal" om de functie uit te schakelen.
Uitschakelen
Na het vergrendelen van de auto wordt de handbediende follow me home-verlichting na een bepaalde tijd automatisch uitgeschakeld
Parkeerlichten
De zijkant van de auto wordt gemarkeerd door het inschakelen van de parkeerlichten aan de kant van het verkeer.
Volgens uitvoering: duw de lichtschakelaar binnen één minuut na het afzetten van het contact omhoog of omlaag om de parkeerlichten aan de kant van het verkeer in te schakelen (voorbeeld: rechts van de weg parkeren: lichtschakelaar omlaag duwen; parkeerlichten links gaan branden).
Het inschakelen wordt bevestigd door een geluidssignaal en het branden van het verklikkerlampje van de desbetreffende richtingaanwijzer op het instrumentenpaneel.
Zet om de parkeerlichten uit te schakelen de lichtschakelaar in de middelste stand.
Dagrijverlichting
De dagrijverlichting wordt automatisch ingeschakeld als de motor wordt gestart zodat de auto overdag beter zichtbaar is voor de overige weggebruikers.
Voor de dagrijverlichting zijn specifieke lichtunits gemonteerd.
Zie ook:
Toyota Auris. Extra opbergvakken opzij (indien aanwezig)
De inzetbakken aan de zijkant
kunnen worden verwijderd wanneer
de afdekplaat in de laagste
stand is geplaatst.
Verwijderen van de bagageafdekking
Neem de koordjes los.
Verwijder ...
Ford Focus. Hoogte van veiligheidsgordels afstellen
WAARSCHUWING
Plaats de hoogteversteller van de veiligheidsgordel zodanig dat
de riem op het midden van uw schouder rust. Als de veiligheidsgordel
niet goed is afgesteld, kan deze minder doe ...