Citroen C4: Handmatig verstellen
Als u dat wenst, kunt u de automatische bediening van het systeem handmatig aanpassen. De controlelampjes in de toets "AUTO" gaan uit; de overige functies blijven automatisch geregeld.
- Druk op de toets "AUTO" om het systeem weer volledig automatisch te laten functioneren.
Om het interieur maximaal te verkoelen of te verwarmen is het
mogelijk de minimale waarde 14 of de maximale waarde 28 te
overschrijden.
Draai de knop 2 of 3 naar links totdat "LO" verschijnt of naar rechts totdat "HI" verschijnt. |
5. Airconditioning aan/uit
Druk op deze toets om de airconditioning uit te schakelen.
Als de airconditioning wordt uitgeschakeld, wordt het thermische comfort niet meer geregeld (vocht, beslagen ruiten).
- Druk de toets nogmaals in zodra dit mogelijk is om de automatische werking van de airconditioning te hervatten. Het lampje van de toets "A/C" gaat branden
6. Regeling luchtverdeling
Druk op één of meer toetsen om de luchtstroom te verdelen naar:
- de voorruit en de zijruiten (ontwasemen of ontdooien),
- de centrale en zijventilatieroosters,
- de beenruimte van de passagiers.
U kunt de drie luchtstromen ook naar eigen wens combineren.
7. Regeling luchtopbrengst
Draai deze knop naar links om de luchtopbrengst te verminderen of naar rechts om deze te verhogen.
De lampjes van de luchtopbrengst, tussen de twee propellers, gaan afhankelijk van de ingestelde waarde geleidelijk branden.
8. Toevoer van buitenlucht/ luchtrecirculatie
Druk op deze toets om de lucht in het interieur te laten recirculeren. Het lampje van de toets gaat branden.
De luchtrecirculatie dient om de toevoer van buitenlucht bij stank en stofoverlast af te sluiten.
- Druk de toets, zodra de luchtrecirculatie niet meer nodig is, nogmaals in om de toevoer van buitenlucht te hervatten en het beslaan van de ruiten te voorkomen. Het lampje van de toets gaat uit.
Laat de lucht in het interieur niet te lang recirculeren om te voorkomen dat de ruiten beslaan en de luchtkwaliteit vermindert. |
9. "REST"-functie: ventilatie bij afgezette motor
Nadat de motor is afgezet, kunt u de ventilatie nog enkele minuten laten werken.
Als u bijvoorbeeld uit de auto stapt, hebben de achterblijvers in de auto voldoende verse lucht, zonder dat de motor hoeft te draaien.
Deze functie is beschikbaar als het contact aan is en de motor niet draait.
De duur en de beschikbaarheid van deze functie hangt af van de staat van de accu.
U kunt de "REST"-functie activeren zo lang de controlesignaleringen van de airconditioning aan staan.
Bij het aanzetten van het contact
- De signaleringen lichten op: de functie is beschikbaar.
- Druk op de toets REST om deze functie voor enkele minuten in te schakelen. Dit wordt aangegeven door twee streepjes in de controlesignaleringen en het branden van vier lampjes voor de aanjagersnelheid.
- De functie is uit- en dan weer in te schakelen zolang de controlesignaleringen branden.
- Aan het einde van de beschikbaarheid van deze functie, gaan de signaleringen uit.
Bij het afzetten van de motor
- De displays zijn verlicht zolang de functie beschikbaar is.
- Druk op de toets REST om de ventilatie voor enkele minuten in te
schakelen. Dit wordt aangegeven door twee streepjes in de
controlesignalering en het branden van vier lampjes voor de kracht van de
aanjager.
De functie blijft gehandhaafd, ook als de auto vergrendeld is.
- De signaleringen gaan aan het einde van de beschikbaarheid van de functie uit Als u nog een keer op de toets drukt vóór het einde van de beschikbaarheid schakelt u de ventilatie definitief uit: de signaleringen verdwijnen en de functie is niet meer beschikbaar.
Deze schakelaar heeft geen invloed op de werking van de
automatische airconditioning, alleen op de aanjagersnelheid.
Tijdens de "REST"-functie kunt u de temperatuur, de luchthoeveelheid en de luchtverdeling niet wijzigen: deze worden automatisch geregeld, afhankelijk van de buitentemperatuur. Deze functie is niet aanwezig in de STOP-stand van het Stop & Startsysteem. |
Zie ook:
KIA Cee'd. Achteruitrijcamera
Het werkelijke
beeld kan afwijken van de afbeelding.
De achteruitrijcamera wordt geactiveerd als het achteruitrijlicht brandt met
het contact in stand ON en de versnellingspook in de achte ...
Opel Astra. Boordgereedschap
Gereedschap
5-deurs hatchback met
reservewiel
Open de vloerplaat van de bagageruimte.
De krik, het sleepoog, een riem voor
het vastzetten van een beschadigd
wiel en het gereedschap treft u ...